Familiestamboom Klootwijk

  Gezinsblad van Wouter Peterszn KLOOTWIJK [2939]

  Beeldbank informatie van Wouter Peterszn KLOOTWIJK [2939]

De stamvader van deze tak (Wouter Peterszn) is zeer waarschijnlijk geen "echte" Klootwijk. Uit verschillende bronnen en onderzoeken lijkt het dat deze Wouter opgroeide en later met zijn gezin woonde in het huis van Adriaen Adriaenz van Clootwijck [3238], schout van Zuidewijn-Capelle gehuwd met Marike Adriaensdr van CAMPEN. Toen deze Adriaen kinderloos overleed hebben de kinderen van Wouter Peterszn waarschijnlijk de naam "van Clootwijck" aangenomen die later weer veranderde in "Klootwijk".
Voor de eenvoud en om een onderscheid te maken tussen deze tak en de "Oude Dordse Tak" wordt in deze tak uitsluitend de naam "Klootwijk" gebruikt. Het is echter wel een feit dat zeker in de beginperiode (17e eeuw) meestal de naam "van Clootwijck" gebruikt werd.

Hieronder zal ik eerst een hypothese van dhr. Zimmerman uit het dossier "van Cloetwijck" opnemen over het ontstaan van deze tak.

"Capelle (Noord Brabant). - De stamreeks vangt aan met Wouter Petersz of Wouter Cloteken, zo laatstelijk nog genoemd in 1648 in een akte van transport van 's-Grevelduin-Capelle toen hij rees 8 jaar dood was en waarbij zijn oudste zoon genaamd Peter de oudste de helft van het geseet westwaarts van de Hogevaart te Capelle, waarop zijn vader eertijds gewoond heeft met vrije gift transporteert aan zijn jongere broer Anthonis. De andere helft bezit reeds zijn broer genaamd Peter de jongste. In een akte van 1630 van Zuidewijn verklaart Wouter Petersz reeds omtrent 27 jaar en voor die tijd nog 7 jaar (hier vermoedelijk als jong gehuwde) bij en in 't huis te hebben gewoond van de in 1615 kinderloos te Capelle overleden Adriaen Adriaensz van Clootwijck, schout van Zuidewijn en Capelle en altoos enige achterste landen van hem te hebben gebruikt. Het huis wordt in deze akte nog vermeld als het huis en de boomgaard op Lappegat te 's-Grevelduin-Capelle.
In een akte van 1617 van 's-Grevelduin-Capelle staat nog nauwkeuriger beschreven waar 't huis stond, nl. Als volgt "Huysinge ende boomgaert daaer op staende gelegen opte Hoochvaert daer Adriaen Adriaensz van Clootwijck in syn leven op plach te woonen streckende van de halver Vaerten westwaerts te Capelle. Deze bezitting wordt dan het eigendom van zijn zwager Peter Gerrit Andriesz van der Hoeven, schout van Vrijhoeven en Zuidewijn, wiens vrouw Anneken Adriaensdr van Campen een zuster was van de vrouw van de overleden schout Van Clootwijck.
In 1617 wordt er te 's-Grevelduin weer een akte gepasseerd door ondermeer Geertruyt Adriaensdr van Campen en Lysken Adriaensdr van Clootwijck, erfgenamen van de overleden schout Adriaen Adriaensz van Clootwijck, waarbij Govert Dircksz - in deze akte ook vermeld als Govert Dirck Corstiaensz - met een vrije gift overgedragen krijgt een huis en land gelegen in 's-Grevelduin-Capelle aan de westzijde van de Hogevaert, waar ten Zuiden van hem Wouter Petersz woont.
Dan is er in 1631 een akte te 's-Grevelduin opgemaakt, waarbij ondermeer compareerden Adriaen Tonisz van Campen en Wouter Petersz en krijgt Wouter Petersz met vrije gift overgedragen enig land gelegen te 's-Grevelduin-Capelle aan de Hogevaart, toebehorende aan de weeskinderen van Gerrit Petersz van der Hoeven, Andries Petersz van der Hoeven (deze zoons van de hiervoor vermelde schout Peter Gerrit Andriesz van der Hoeven) alsmede toebehorende aan de erfgenamen van Govert Dirck Corsten, waarvan ten Noorden Wouter Petersz woonde.
Volgens een akte van erfdeling van 1637 van 's-Grevelduin-Capelle blijft Wouter Petersz na de dood van zijn vrouw Tonisken Dircksdr in 't zelfde huis gelegen tot Capelle op de Hogevaart halver Hogevaart westwaarts wonen, terwijl zijn 7 zoons enig land of geld erven.
Voorts is ook Wouter Petersz volgens een akte van erfdeling van 1640 van 's-Grevelduin-Capelle overleden en erven zijn 7 zoons ieder een zevende part. Eigenlijk was er nog een achtste zoon geboren, nl. Wouter, die op 17-3-1619 te Capelle werd gedoopt, maar aangezien hij niet meer voorkomt in de akte van erfdeling van 1637 en 1640 moet hij voor die tijd jong zijn overleden.
Wouter Petersz vond ik (Zimmerman) 't vroegst vermeld in een akte van 1607 van 's- Grevelduin-Capelle als er een verruiling plaats vindt van een akker weiland gelegen aan de westzijde van de Hogevaart te Capelle tussen Gerrit Petersz (Rommen) en Nicolaes Huijbens zulks ten behoeve van Wouter Petersz en waarvoor Wouter aan Gerrit Petersz (Rommen) 100 Carolus Gulden betaalt. Deze Claes Huijbens akker kregen de twee zoons van Wouter Petersz t.w. Dirck en Anthonis ieder voor de helft in 1637.

Wie was nu Tonisken Dircksxdr de vrouw van Wouter Petersz of Cloteken? Dit is nog niet met zekerheid te zeggen, 't Vermoeden is dat de naast haar wonende Govert Dirck Corsten of Corstiaensz haar broer is geweest, temeer daar ook haar jongste zoon Corst heette.
Zeker is dat noch haar man noch zij een van Clootwijck was.
Er is een gerechtvaardigd vermoeden dat Tonisken Dirckxdr een van Campen was, want deze familie voerde eveneens de voornamen Corst, Anthonis en Dirck. Bovendien woonde zij met haar gezin bij de schout Adriaen Adriaensz van Clootwijck wiens vrouw Mariken Adriaensdr van Campen heette, in huis. Wat de afkomst betreft van Wouter Petersz Cloteken kan 't volgende worden gezegd. Het veelvuldig voorkomen te Capelle van de lieflijke verkleinnamen Tonisken, Aentgen, Lijntgen, Jenneken, Peterken, Dircxken, Lijsken. Fijtken, Teunken en zo ook Cloteken - een typisch Brabantse gewoonte - rechtvaardigt hier het vermoeden dat Wouter Petersz of wel Wouter Cloteken eigenlijk Wouter Petersz Cloot heette.
Een Brabants geslacht Cloot komt reeds in 't begin der 16e eeuw voor te 's-Hertogenboschm waartoe o.a. Gerard Cloot (1534) behoorde (Ned. Leeuw 1904, 78). Voorts kwam ook het geslacht van Campen reeds vroeg voor te 's-Hertogenbosch, waartoe o.a. behoorden Godfried (Govert) van Campen, schepen (1255) en diens nazaat Arent van Campen, schepen (1556) (Navorscher 1887, 121, 121 e.v.). Het geslacht heeft zijn naam ontleend aan 't Campens Gasthuis te 's_Hertogenbosch.
Blijkens de doop-trouw- en begraafboeken van Capelle, alsmede de akte van 1648 van 's- Grevelduin-Capelle, hiervoor vermeld, gaan 5 zoons van het echtpaar Wouter Peter Cloteken (Cloot) en Tonisken Dirckxdr (van Campen) omstreeks 1648 en later de naam "van Clootwijck" voeren, t.w. : Peter de oudste, Dirck, Jan, Peter de jongste en Anthonis. De andere drie zoons Gijsbrecht, Wouter en Corst hebben zich vermoedelijk niet van Clootwijck genoemd, zeker niet Wouter, die op jeugdige leeftijd overleden moet zijn v¢¢r 16-1-1637.
Niets belette de 5 zoons meer - nu hun vader dood was, de schout geen nazaten had en zij in 't huis van de schout Adriaen Adriaensz van Clootwijck waren geboren en getogen - de naam "van Clootwijck" te voeren, immers deze naam had toen een goede klank.
In de 2e helft der 17e eeuw werd de naam 'van Clootwijck" door de onderhavige familie Klootwijk gevoerd, doch weldra veranderde deze naam in de 18e eeuw en later kortweg in Clootwijk en Klootwijk.
De oude familie van Clootwijck te Capelle stamde evenwel af van een oorspronkelijk adellijke familie uit Almkerk in 't land van Altena, die zich al vroeg over verschillende plaatsen verspreidde en vermenigvuldigde (Taxandria 1922, 269 e.v.). Omstreeks 1460 of 1470 vestigde zich te Capelle Jan van Clootwijck met vrouw en kinderen komende van de ridderlijke hofstede Clootwijck te Uppel onder Almkerk. Ten noorden van Almkerk aan de Woudrichemseweg ligt nu nog deze Clootwijkhoeve. Het tegenwoordige gebouw is van 1618. Leden van dit geslacht noemden zich vroeger ook "van Cloetwijck", o.a. Ghiselbert van Cloetwijck, die op 16-5-1465 een huis te Tilburg aan de Heuvel overgedragen krijgt (Ned.Leeuw 1933, 466).
De zoon Anthonis hiervoor vermeld, geboren te Capelle 1615, zich bij de doop op 1-8-1649 van zijn dochter Hendrikske "Tonis Wouters van Clootwijck" noemende, was de stamvader van de heer Cornelis Klootwijk, die voor hem en zijn zoon Paulus naamswijziging verkreeg bij KB 94 van 13-10-1970 in die van "van Cloetwijck"."
Tot zover het verhaal van Dhr. Zimmerman.

Bronnen: Aantekeningen Piet Sanders.

  Kwartierblad van Wouter Peterszn KLOOTWIJK [2939]



                    

                    

                    

                    

                    

                    
1. Wouter Peterszn KLOOTWIJK [2939] geboren ca. 1573 overleden te Capelle voor 23-01-1640

getrouwd met Theunken Diericksdr GLAVIMANS [2940] overleden te Capelle voor 16-01-1637
1. Peter Wouterszn "de oudste" [3906] geboren te Capelle ca. 1603 overleden op 1648
2. Dirck Wouterszn [3907] geboren ca. 1604 overleden te Capelle op 12-05-1648
3. Jan Wouterszn [3908] geboren ca. 1605
4. Gerrit Wouterszn [3909] , woonde 24-5-1640 te Gorkum
5. Peter Wouterszn "de jongste" [3910]
6. Antonis Wouterszn [2941] gedoopt te 's-Grevelduin op 11-01-1615
7. Wouter [2942] gedoopt te 's-Grevelduin op 17-03-1619 overleden voor 1637
8. Corst Wouterszn [3911] geboren te Capelle ca. 1620
                    

  Tijdbalk van Wouter Peterszn KLOOTWIJK [2939]

Start
End

  Verwantschap van Wouter Peterszn KLOOTWIJK [2939]

Stamoudste van Wouter Peterszn KLOOTWIJK [2939] (1573-1640) is Wouter Peterszn KLOOTWIJK [2939] (1573-1640)
Verwantschap tussen Wouter Peterszn KLOOTWIJK [2939] (1573-1640) en referentie Willem KLOOTWIJK [14] (1851-1918):

[Wouter Peterszn KLOOTWIJK als referentie]

distance:10

Hierboven een gezinsblad van een persoon. Klik op het nummer van een persoon "[....]" om naar een ander gezinsblad te gaan. Een gezinsblad bevat slechts summiere informatie. Om naar de complete genealogie te springen klik op "[Gen: xxxx.htm#xxx]".
(¹) = Laatste maand aangepast
(²) = Niet zichtbaar wegens privacybeleid
© Kineo 2006-2024   34.230.66.177